Een kleindier- liefhebber “Yn ieren en Sinnen”
Op 20 mei jl. was ik te gast bij de 88-jarige Feike de Jong.
Feike is één van onze oudste leden. Ik heb altijd al een bepaalde eerbied gehad voor medeleden van een club die een generatie ouder zijn dan mijzelf. En die door de jaren heen héél veel voor hun club hebben betekend. Ik trof Feike enige jaren geleden voor het eerst bij de Gaasterland show in Balk tussen de kooien. Het is iemand met altijd een goed humeur en veel humor in zijn karakter. Toen ik hem dan ook vroeg naar zijn leeftijd gaf hij aan dat hij hier waarschijnlijk zijn langste tijd wel zou zijn geweest. Toen ik zei dat hij, gezien zijn respectabele leeftijd, waarschijnlijk wel bij de laatste halte was gearriveerd was het antwoord: “Dan moat it buske mar net te gau komme”.
Feike is geboren als boerenzoon, maar had naar eigen zeggen een hekel aan melken dus opvolger voor het boerenbedrijf zat er niet in.
Hij is destijds gaan werken bij een bedrijf dat, als ik het goed begrepen heb, vijzelschoepen maakte en vond dat werk op zich wel mooi maar was niet tevreden over zijn salaris. Toen Feike om loonsverhoging vroeg zou daar naar gekeken worden door de directie. Toen het antwoord enige dagen later negatief was had Feike gezegd: “Dan moast my mar dien jaan”.
Naast dat bedrijf was een agrarisch mechanisatiebedrijf gevestigd en zodoende zag Feike dat daar dagelijks trekkers en andere landbouwwerktuigen werden geparkeerd voor reparatie o.i.d. Het bloed kruipt waar het niet gaan kan en zo werd Feike toen in die tijd al een Zzp’er, die zomers veel maaiwerk deed en s ’winters “Jarre” voor de boeren over hun weilanden reed. Toen onze regering het niet meer toestond om s ‘winters te gieren bleek dat hij beschikte over een goed paar rechterhanden. Op meerdere plekken in zijn huis staan of hangen prachtige houten werkstukken van hem die hij versierd heeft met fraai houtsnijwerk waaronder de hiernaast afgebeelde prachtige wandklok.
Feike is vanaf 1963 al kleindier- houder en vanaf 1967 officieel lid geworden van Balk en dat is hij 57 jaar!! gebleven. Hiervan is hij 25 jaar bestuurslid geweest waarvan 9 jaar penningmeester en 15 jaar tentoonstelling secretaris/penningmeester.
Als ik dit hoor moet ik mij altijd inhouden om niet een hele diepe buiging te maken.
Wat werden de eerste dieren?
Op zijn 14 a 15e jaar kreeg hij zijn eerste Chinchilla konijnen wat hele beste moesten zijn. Op zijn eerste inschrijving in Balk werden de ingezonden dieren allemaal afgekeurd zodat de aardigheid er aardig af was. Hij heeft toen alles weggedaan. Iets later kreeg hij van zijn zuster een voedster van het ras Russische brandneus. In de volksmond “Rus” konijnen genoemd. Hij heeft deze voedster destijds laten dekken door een ram van de vader van Nanne Bruinsma en dit ras bevolkt tot nog toe nog steeds zijn hokken.
In Dokkum, op de Friesland show, behaalde hij destijds een U predicaat voor de fraaiste “Rus”.
De organisatie nodigde Feike daarom uit om op vrijdagavond te verschijnen op de show want hij zou dan officieel gehuldigd worden waarbij ook de plaatselijke krant was uitgenodigd. Hierop had Feike geantwoord: dat hij die vrijdags niet verwacht moest worden maar ze hem de zaterdag middag bij het uitkooien wel aan konden treffen.
Heeft u ook een stalnaam voor de konijnen?
Feike schrijft alle dieren in onder de naam “De Jongh”. Zo werd zijn familienaam vroeger bij zijn voorouders geschreven en stonden ze te boek. Feike vertelde dat zijn opa destijds zijn zoon, dus de vader van Feike, na de geboorte wilde aangeven bij de gemeente met de Jongh. Toen had de gemeenteambtenaar gezegd dat zijn familie van boerenafkomst waren en de h dus niet hoefde. Op de huidige officiële ambtelijke papieren die Feike momenteel toegestuurd krijgt wordt zijn achternaam dus ook als de Jong geschreven.
Feike heeft dus besloten zijn dieren altijd in te schrijven onder de naam F. de Jongh.
Welke kippenrassen heeft u gehouden?
Naast de konijnen heeft Feike door de jaren heen Indische krielen, Hollandse krielen en New Hampshire krielen gefokt. Het huidige ras, de Rijnlander kriel, heeft hij destijds gekocht bij Tallines Boschma. Met dit ras heeft Feike door de jaren heen 4 keer een U predicaat behaald. Dat zegt toch wel wat over het inzicht en de kennis van een fokker.
Naast deze dieren heeft Feike ook nog de duivenrassen Ned. Hoogvliegers (Witschild) en Oosterse rollers gehouden. Een leuke anekdote was dat hij destijds met een duif op de show in Emmeloord een U predicaat behaalde terwijl deze duif en week daarvoor op de Noord show een V-tje had gekregen.
Wat trekt u zo aan bij de Rijnlanders?
Feike vertelde dat hij het type van deze dieren mooi vind maar daarnaast de zwarte bevedering met zijn fraaie kevergroene glans met daarbij de rode kam en lellen en de spierwitte oortjes.
Wat zijn uw mooiste herinneringen met uw dieren?Dat was mijn eerste U predicaat wat ik aan de kooi zag hangen en het verhaal van die duif. Maar ook de vroegere shows in Balk. We schreven in de 80 er jaren soms wel 2200 dieren in en moesten vaak de kooien optoppen. Soms wel 3 hoog wat absoluut niet mooi was. Ook de jongdierendagen van vroeger waar ikzelf soms wel 40 dieren inschreef. En niet te vergeten de gezamenlijke reisjes met medeleden naar de Noord show
Goede raad voor beginnende liefhebbers?
Niet beginnen met een tekening ras maar met een gemakkelijk éénkleurig ras, dit voorkomt veel teleurstelling en is erg demotiverend en dan kan de aardigheid er snel af zijn voor beginnende fokkers.
Heeft u nog suggesties voor de huidige vereniging?
Proberen met zijn allen meer saamhorigheid binnen de vereniging te krijgen.
Naast alle werkzaamheden die Feike voor de club deed vertelde hij dat hij 50 jaar chauffeur was geweest voor zichzelf en medeleden om gezamenlijk dieren te vervoeren naar overige shows in den lande. Dit werd in eerste instantie gedaan met een busje maar later is er een aanhangwagen voor gemaakt. Feike maar hij niet alleen, hebben hier fijne herinneringen aan over gehouden.
Na binnen mijn notities te hebben geschreven en koffie te hebben gedronken zijn wij naar buiten gegaan om Feike zijn fraaie dieren te bewonderen. Daarbij passeerden we zijn “zomerverblijf” voor de konijnen. Een konijnenflat met meerdere verdiepingen wat overdekt is en de konijnen dus altijd droog, in de schaduw maar zomers altijd in de frisse lucht worden gehouden. Binnen in zijn schuur zag ik hetzelfde systeem als buiten en dit was dus hun “winterverblijf”. Langs de andere kant van deze schuur waren op rij de nachthokken voor de hennen gebouwd met natuurlijk een luik voor de toegang naar de buitenrennen. Ook was er nog een volière voor een tiental kanaries.
Na binnen nog een laatste kop koffie gedronken te hebben was het tijd om afscheid te nemen van deze topfokker. En dit kan je gerust concluderen want toen ik middags binnen werd uitgenodigd was het net of ik in een prijzen museum was beland. In ieder vertrek waren fraaie prijzen en oorkondes te bewonderen die Feike door de jaren heen met zijn dieren had gewonnen.
Leden zoals Feike moeten we m.i. koesteren en eren. Ze zijn van een generatie waarvan “hun” klein-diervereniging een héél belangrijk deel van hun leven is geworden.
Als je hen er naar zou vragen zouden zij dit gedeelte van hun leven beslist niet gemist willen hebben.
Dit moet niet worden onderschat en ieder bestuur zou de morele plicht moeten voelen, hen waar mogelijk in de schijnwerpers te zetten, zolang “het busje” nog niet is gearriveerd.
Feike ik wil je langs deze weg nogmaals hartelijk bedanken voor jouw gastvrijheid en de mooie verhalen. Ik hoop je nog vaak te mogen treffen tijdens vergaderingen en op de shows.
Hartelijke groeten,
Harm
Heeft u ook een leuk verhaal, interessant nieuwtje of iets anders met betrekking tot onze kleindierensport? En wilt u dit delen met uw medeleden, mail dit naar kleindiersudwestfryslan@gmail.com